100 aandachtspunten voor de debiteurenbeheerder

In deze blog delen wij graag een checklist met 100 algemene tips en wetenswaardigheden voor de moderne debiteurenbeheerder.

5 Min
31/08/2023
Chapter 1

Algemene voorwaarden

1) Kent u de inhoud van uw eigen voorwaarden?
Een absolute must voor een debiteurenbeheerder. Kennis is macht, ook in uw onderhandeling met uw klanten.

2) Kennen de verkopers de inhoud van uw voorwaarden?
Ook dit is een must om dezelfde redenen.

3) Krijgen (nieuwe) klanten de voorwaarden?
Als dit niet het geval is, is het aan te bevelen om alles in het werk te stellen om voor elkaar te krijgen dat dit gaat gebeuren.

4) Wordt de inhoud van de voorwaarden in het verkoopgesprek besproken?
Dit is onderdeel van een verkoopgesprek. Er moet minimaal aan worden gerefereerd.

5) Hebben klanten voor de voorwaarden getekend?
Als er getekend is, staat u stukken sterker als het onverhoopt tot een (juridische) procedure zou komen.

6) Wanneer zijn de voorwaarden voor het laatst geactualiseerd?
Wij raden u aan om uw voorwaarden om de 1 à 2 jaar door te lopen en eventueel aanpassingen te doen. Wordt er nog over guldens gesproken in de voorwaarden, dan weet u dat u hopeloos achter de realiteit aan hobbelt en is dit een hoog punt voor op de prioriteitenlijst.

Chapter 1

Betalingstermijnen

7) Hebben alle klanten dezelfde termijn?
Het is niet zo dat al uw klanten dezelfde betalingstermijn hoeven te hebben. Om commerciële redenen kan er bijvoorbeeld van de standaard termijn afgeweken worden. Dit is op zich geen probleem zolang hier in het aanmaningstraject maar rekening mee gehouden wordt.

8) Worden betalingstermijnen met de klant besproken?
Om voor alle partijen helder te hebben wat de afspraak is en niet te leveren op “aannames” is het essentieel om deze te bespreken om zo later problemen en onenigheid te voorkomen.

9) Tekenen klanten voor de betalingstermijn?
Zie het vorige punt.

10) Wordt u (door de verkoop) geïnformeerd over afwijkende betalingsafspraken?
Als dit niet het geval is, is het aan u om de verkoop “op te voeden.” Laat bijvoorbeeld zien waarom het in hun belang is om dit te doen.

Chapter 1

De factuur

11) Kunt u rekening houden met de wensen van uw klant met betrekking tot de lay-out?
Als er (grote) klanten zijn waarbij het betalen van de rekening met bijvoorbeeld 14 dagen kan worden bespoedigd als de factuur op een bepaalde wijze opgesteld is, dan is dit zeker het overwegen waard. Ook het kunnen toevoegen van een kostenplaatsnummer, ordernummer of afdelingscode kan vele dagen schelen.

12) Wanneer zijn de facturen voor het laatst geactualiseerd?
Net als bij punt 6, raden wij u aan om uw facturen om de 1 à 2 jaar door te lopen en eventueel aanpassingen te doen. 

13) Maakt u gebruik van elektronische facturatie?
Zeker de moeite waard om de mogelijkheden te onderzoeken als u nog niet elektronisch factureert. Het is de toekomst.

14) Hoe vaak wordt er gefactureerd?
Hoe vaker hoe beter, dit heeft invloed op uw DSO.

Chapter 1

De aanmaning

15) Kent u de inhoud van uw aanmaningen?
Het is essentieel voor u als debiteurenbeheerder om de inhoud van uw aanmaningen te kennen.

16) Wanneer zijn de aanmaningen voor het laatst geactualiseerd?
Zijn de teksten pakkend? Bent u origineel en creatief in uw brieven? Zie verder ook punt 6.

17) Maant u per post of per e-mail aan?
Het één sluit het ander niet uit. Denkt u ook aan mogelijkheden als sms.

18) Hoe vaak wordt er aangemaand?
Het geniet de voorkeur om toch minimaal 1 à 2 keer per week een aanmaningsronde te doen. Natuurlijk hangt dit wel af van de grootte van uw bedrijf en het aantal klanten.

Chapter 1

Kredietlimieten

19) Maakt u gebruik van limieten?
Mits goed gebruikt kunnen limieten uw risico’s beperken.

20) Waarop baseert u uw limiet?
U kunt uw limieten baseren op zowel in- als externe waardes of een combinatie hiervan. Welke waardes u kiest, ligt aan zaken zoals uw marktpositie, risico’s, marges, branche etc.

21) Krijgen al uw klanten een limiet?
Het is best mogelijk dat niet al uw klanten een limiet krijgen. Wellicht kunnen sommige klanten helemaal niet op rekening kopen of hebben sommige klanten een “onbeperkte limiet.” Ook voor klanten binnen uw eigen concern kunnen uitzonderingen bestaan.

Chapter 1

Kredietwaardigheidsonderzoeken

22) Maakt u gebruik van kredietrapporten?
Kredietrapporten helpen u om de kredietrisico’s die u loopt in te schatten. Leveranciers van deze rapporten zijn onder andere Graydon en Dun & Bradstreet.

23) Maakt u gebruik van monitoring?
Voor terugkerende relaties, grotere klanten maar ook belangrijke leveranciers een tool om hun kredietwaardigheidspositie in de gaten te blijven houden.

Chapter 1

Kredietverzekeringen

24) Maakt u gebruik van een kredietverzekering?
Om uw risico’s te beperken kunt u kiezen voor een kredietverzekering. Heeft u lage marges en hoge risico’s, dan kan dit zeker het overwegen waard zijn. Een aanbieder is bijvoorbeeld Atradius.

25) Kent u de voorwaarden van de verzekering?
Zoals bij elke verzekering dient u zich aan de voorwaarden te houden. Dit kan consequenties hebben voor onder andere uw aanmaningstraject.

26) Houdt uw bedrijf zich aan de voorwaarden?
Zie punt 25.

27) Wegen de kosten van de verzekering op tegen de baten?
Houd dit scherp in de gaten!

28) Hoe gaat u om met intrekkingen van limieten?
Limieten kunnen door de verzekeraar ingetrokken worden. Dit betekent dat u geen dekking meer heeft. Het is goed om van te voren goed na te denken over hoe u als bedrijf hiermee omgaat. Hetzelfde geldt voor transacties die hoger zijn dan de door de verzekeraar afgegeven limiet. U kunt best zaken doen buiten uw limiet maar besef wel wat hiervan de financiële consequenties kunnen zijn.

Chapter 1

Creditmanagementsoftware

29) Gebruikt u creditmanagementsoftware?
Heeft u nog een aantal mappen in de kast staan met kopieën van facturen? Het kan natuurlijk, maar creditmanagementsoftware kan u helpen om een goed overzicht van uw openstaande posten te krijgen en om gestructureerd uw debiteurenbeheer uit te voeren.

30) Is de gebruikte software gebruiksvriendelijk en effectief?
Software is een middel en geen doel op zich. Het doel in dit geval is om de openstaande posten zo snel en efficiënt mogelijk te kunnen incasseren. De software moet dit doel ondersteunen. Kies een pakket waar u mee uit de voeten kan. Tijdsbesparing en efficiency zijn hier sleutelwoorden.

31) Ondersteunt de software uw beleid?
Er zijn verschillende pakketten waarin u uw actiepaden een plek kunt geven. Ook is het mogelijk om aan verschillende klanten verschillende actiepaden te koppelen.

32) Kunt u klanten indelen in verschillende klantcategorieën?
Het kan raadzaam zijn om aan verschillende klanten andere actiepaden te koppelen. Bijvoorbeeld particuliere klanten krijgen alleen aanmaningen en grote klanten een meer persoonlijke benadering.

Chapter 1

Interne communicatie

33) Kent u uw collega’s (van andere afdelingen)?
Een effectieve debiteurenbeheerder staat midden in de organisatie.

34) Kent u hun behoeftes en verantwoordelijkheden?
Als u de behoeftes en verantwoordelijkheden van uw gesprekspartners kent, kunt u hierop inspelen. Behalve oprecht begrip te hebben voor uw gesprekspartner, kunt u deze zaken gebruiken om datgene gedaan te krijgen wat u wilt.

35) Informeert u uw collega’s over uw afspraken met klanten?
Voor collega’s van bijvoorbeeld de verkoop en klantenservice kan het van belang zijn om weet te hebben van de afspraken die u met de klanten maakt. Geef hierin het goede voorbeeld. U wilt uiteraard ook goed geïnformeerd worden.

36) Zijn uw gesprekken met collega’s over klanten overwegend positief of negatief van inhoud?
Communiceert u alleen met de verkoop als ze iets niet goed hebben gedaan of als klanten wangedrag vertonen? Probeer te faciliteren en te complimenteren. Vermijd dat u bekend staat als die zeur van de boekhouding.

37) Is de communicatie overwegend proactief of reactief?
Probeer proactief te communiceren. Wacht niet tot het fout is gegaan. Probeer te denken in oplossingen en niet in problemen.

38) Wordt u voldoende door uw collega’s geïnformeerd?
Zorg ervoor dat men het belang inziet van goede communicatie. Zorg dat u op de hoogte bent van hetgeen er binnen uw bedrijf speelt.

39) Voor welk middel wordt meestal gekozen om te communiceren (telefoon/email/face to face)?
Elk middel heeft zo zijn voordelen. Kort door de bocht kan men stellen: hoe persoonlijker, hoe effectiever, maar ook hoe meer tijd het kost.

40) Zien uw collega’s van andere afdelingen u als lastpost of hulp?
Zie punt 36.

Chapter 1

Externe communicatie

41) Voor welk middel wordt meestal gekozen om te communiceren (telefoon/e-mail/face to face)?
Zie punt 39.

42) Kent u uw contactpersonen?
Ook u beheert de relatie, zorg ervoor dat u uw vaste contactpersonen kent. Probeer iets op te bouwen. Betalen is soms ook gunnen!

43) Heeft u hun rechtstreekse telefoonnummers/e-mailadressen?
Probeer directe telefoonnummers en e-mailadressen te vergaren van uw klanten. Zorg dat ze up to date zijn.

44) Kent u hun behoeftes en verantwoordelijkheden?
Zie punt 34.

45) Spreekt u uw klanten aan op hun gedrag?
Debiteurenbeheerders hebben het vaak over het bedrag. Probeer recidivisten ook aan te spreken op hun gedrag. Investeer hier tijd in want dit zal op de lange termijn tijd besparen.

Chapter 1

Inschakelen derden ten behoeve van het incasseren van openstaande posten

46) Maakt u gebruik van een incassobureau?
Om de druk op te voeren, kunt u gebruik maken van een incassobureau. Besef wel dat dit afhankelijk van uw marktpositie kan betekenen dat uw relatie met de klant onder druk kan komen te staan. Een voorbeeld van een incassobureau is Graydon. Daarnaast zijn er in allerlei andere segmenten incasserende partijen te vinden zie bijvoorbeeld: www.bigfrank.nl.

47) Maakt u gebruik van een deurwaarderskantoor?
Om de druk nog verder op te voeren schakelt u een deurwaarderskantoor in. Dit kan meestal ook via uw incassobureau. De deurwaarder heeft meer bevoegdheden en dwangmiddelen dan een incassobureau.

48) Maakt u gebruik van een advocaat?
Wanneer er juridische stappen gezet dienen te worden, schakelt u hiervoor een advocaat in. Ook dit kan via uw incassobureau lopen. Besef dat de kosten aanzienlijk zijn. Maak dus een goede afweging tussen opbrengsten en kosten. De opbrengst hoeft niet louter financieel te zijn, het kan ook zijn dat u een voorbeeld wilt stellen in de markt of dat het een principekwestie betreft.

Chapter 1

Doelstellingen

49) Welke doelstellingen heeft uw afdeling?
Zorg ervoor dat uw doelstellingen prikkelend en ambitieus zijn. Ze moeten niet onmogelijk haalbaar zijn, maar ook zeker niet te makkelijk.

50) Sluiten de afdelingsdoelstellingen (naadloos) aan op de bedrijfsdoelstellingen?
Als de directie linksaf wilt, kan het niet zo zijn dat de afdeling debiteurenbeheer rechtsaf wil slaan. Zorg ervoor dat uw doelstellingen in lijn met de bedrijfsdoelstellingen zijn.

51) Wat is uw huidige DSO en waar wilt u over 6 maanden staan?
De DSO (Days Sales Outstanding) berekent u door de post vorderingen te delen door de gemiddelde dagomzet. U kunt dit ook op debiteurenniveau of klantcategorie berekenen. De DSO verlagen is een veel gebruikte doelstelling.

52) Wat is de reservering voor de dubieuze debiteuren en hoe wilt u deze gaan verlagen?
Een reservering kost geld. Het is dus zaak om ook deze zo laag mogelijk te houden. Dit kan een doelstelling zijn.

53) Hoe ondersteunt u de doelstellingen van de verkoop?
Werk mee en niet tegen, faciliteer uw collega’s en pluk daar de vruchten van.

Chapter 1

Processen

54) Zijn de processen vastgelegd?
Is er een handboek waarin de processen zijn vastgelegd? Is er goed nagedacht over de procedures?

55) Is iedereen op de hoogte van de (vastgelegde) procedures?
Leeft men naar de eigen procedures of wordt er vooral veel omheen “gerommeld”? Zijn uw procedures actueel en werkbaar?

56) Is er in de procedure genoeg ruimte voor uitzonderingen?
Soms zit de procedure het doel waarvoor deze is geschreven in de weg. Zie punt 58.

57) Zijn de procedures effectief?
Kijk eens of het makkelijker kan, wees kritisch.

58) Zien de medewerkers de procedures als doel of middel?
Een procedure is altijd een middel om een bepaald doel te bereiken. Vaak worden medewerkers niet op het doel maar op het middel aangestuurd waardoor het middel een doel wordt. In het ergste geval kan de procedure het doel waarvoor ze is geschreven tegenwerken. Wees hierop bedacht!

Chapter 1

KPI’s

59) Welke KPI’s kent u?
KPI´s zijn Key Performance Indicators (=Kern Prestatie Indicatoren). Een aantal voorbeelden: de DSO, Rentabiliteit, Solvabiliteit, Forecast cashflow, Omzet, Aantal verstuurde aanmaningen, Incassokosten, Aantal klachten, aantal creditnota’s, Marktaandeel.

60) Met welke KPI’s werkt u?
Kies er niet al te veel want dan verliest u uw focus. 3 à 4 KPI’s is vaak al voldoende.

61) Zijn uw KPI’s een doel of een middel?
KPI’s zijn meetinstrumenten. Het te behalen resultaat is het doel.

62) Zijn uw collega’s op de hoogte van uw KPI’s?
Weten anderen wat uw meetinstrumenten zijn en wanneer u succesvol bent? Stel dat u uw DSO met 5 dagen wilt verlagen voor december 20.. Wie binnen het bedrijf weet dit? Kunnen uw collega’s u hierin faciliteren? In de algemeenheid kan je stellen dat je van de KPI’s geen geheim hoeft te maken.

Chapter 1

Rapportages

63) Welke rapportages zijn voor uw afdeling belangrijk?
Zorg ervoor dat u goed op de hoogte bent van alles wat er op uw afdeling speelt. Als iemand u bijvoorbeeld vraagt hoeveel geld er op dit moment open staat of hoeveel actieve debiteuren u heeft, zorg er dan voor dat u deze kennis heeft of makkelijk kunt achterhalen.

64) Met welke rapportages/informatie kunt u anderen ondersteunen?
Met welke informatie ondersteunt en informeert u andere afdelingen om aan uw eigen succes te kunnen werken?

65) Wat gebeurt er met de rapportages die gemaakt worden?
Rapporteer niet om het rapporteren maar doe er wat mee.

Chapter 1

Verantwoordelijkheden en bevoegdheden

66) Wie is verantwoordelijk voor de kredietlimieten?
Deze verantwoordelijkheid hoeft niet per definitie bij u te liggen, dit kan ook bij de verkoop, controller of creditmanager liggen of een gedeelde verantwoordelijkheid zijn. Zorg ervoor dat de verantwoordelijkheden goed geregeld zijn.

67) Wie beslist er of er op rekening zaken gedaan mag worden?
Zie punt 66.

68) Wie beslist of een klant over mag worden gedragen aan het incassobureau?
Zie punt 66.

69) Wie beslist over de leveringsstop?
Zie punt 66.

70) Mag u onderhandelen over …
A) Betalingstermijnen?
B) Rente en kosten?
C) Deelbetalingen?
D) Toekomstige orders?
E) Korting?

Over het algemeen adviseren we dat debiteurenbeheerders over de eerste 3 punten moeten kunnen praten met klanten. Punt D kan hier ook bij horen en in spaarzame gevallen en na goed overleg punt E.

Chapter 1

Kennis en competenties

71) Hebben de werknemers genoeg kennis voor het uitvoeren van hun functie?
Als het antwoord nee is, zijn er verschillende opties: trainen, eromheen organiseren, afscheid nemen of genoegen nemen met minder.

72) Wanneer zijn de medewerkers voor het laatst getraind?
Zorg ervoor dat mensen zich kunnen ontwikkelen in hun functie.

73) Is er (genoeg) budget voor het trainen van medewerkers?
Zorg er als bedrijf voor dat er genoeg budget is om de medewerkers te trainen.

74) Welke competenties moeten de medewerkers debiteurenbeheer hebben?
Denk aan: communicatieve vaardigheden, onderhandelingsvaardigheden, durf, probleemanalyse, financieel inzicht.

75) Is er ruimte voor (persoonlijke) ontwikkeling?
Zie punt 72.

76) Hebben medewerkers genoeg productkennis?
Debiteurenbeheerders hoeven absoluut geen technici te zijn maar algemene productkennis kan zeker een voordeel zijn.

Chapter 1

wat zijn debiteuren in uw geval?

77) Gaat de wet van Pareto op voor uw bedrijf (20% van grote klanten is verantwoordelijk voor 80% van de omzet)?
Als u moet kiezen, koppel dan uw inzet aan uw omzet of risicoklanten.

78) Wordt uw bedrijf “gedicteerd” door uw key-accounts?
Als u machtige klanten heeft, zal dit uw debiteurenbeheer ongetwijfeld beïnvloeden. Uw klant weet over het algemeen dat hij belangrijk voor u is en zal daar wellicht gebruik van maken door bijvoorbeeld zelf te beslissen wanneer en hoe hij betaalt. U zal hier niet altijd verandering in kunnen aanbrengen. Bedenk dat machtige grote bedrijven vaak wel kredietwaardig zijn.

79) Is de klant koning en zo ja, hoe uit zich dit in uw gedrag?
Van uw klanten moet u het hebben, maar er zijn ook klanten die u liever kwijt dan rijk bent. Probeer de juiste balans te vinden tussen het opvoeden en ondersteunen van de klant.

80) Kent u uw top 5 slechtst betalende klanten?
De meeste debiteurenbeheerders kennen de belangrijkste rotte appels bij naam en toenaam en weten vaak zelfs het debiteurennummer uit het hoofd.

81) Kent u uw top 5 best betalende klanten?
Dit zijn de klanten die de gemiddelde debiteurenbeheerder niet kent omdat ze niet op zijn “lijstje” staan. Bedenk wel dat dit wel de klanten zijn die zich nu goed gedragen en dit wilt u ongetwijfeld ook zo houden.

82) Zijn uw klanten trouw?
In uw uitingen richting de klant is de mate van klantentrouw een factor om rekening mee te houden. Een eenmalige of “overspringende” klant zult u immers anders behandelen dan een klant die al 25 jaar bij u bestelt.

Chapter 1

Externe omgevingsfactoren

83) Hoe gaat uw bedrijf om met wisselende economische situaties?
Externe omgevingsfactoren zijn factoren waar u weinig invloed op uit kunt oefenen. Aan de andere kant kunnen de omstandigheden wel invloed uitoefenen op uw debiteurenbeheer. Denk aan tijden van recessie of conflicten in landen waar u debiteuren heeft. Probeer actief in te spelen op deze situaties en denk altijd oplossingsgericht.

84) In hoeverre is uw bedrijf recessieproof?
Heeft uw bedrijf genoeg vet op de botten om tijden van krapte, tegenvallende orders en laat betalende klanten te kunnen overleven?

85) Is er veel concurrentie in uw branche?
Als u een monopoliepositie heeft als bedrijf kunt u zich op het gebied van debiteurenbeheer veel meer veroorloven dan wanneer u in een branche opereert waar veel concurrentie is en de stap naar een andere leverancier klein is. Welke stappen u zet in uw aanmaningstrajecten, hoe u bijvoorbeeld de sancties omschrijft in uw uitingen en welke sancties u uitvoert, hangen hier dus ook nauw mee samen. Zie ook punt 82.

86) Heeft u contact met collega-bedrijven over (wanbetalende) debiteuren?
In sommige branches hoogst ongebruikelijk, maar wellicht kunt u (slechte) ervaringen delen met collega’s om u bijvoorbeeld gezamenlijk te wapenen tegen oplichters.

Chapter 1

Interne omgevingsfactoren

87) Is het bedrijf meer financieel of commercieel georiënteerd?
Net als de externe omgevingsfactoren heeft u hier niet ontzettend veel invloed op maar u kunt wel uw invloedgebied aanwenden om een commercieel georiënteerd bedrijf te overtuigen van de financiële belangen van bijvoorbeeld tijdige betaling door klanten.

88) In hoeverre is deze oriëntatie een hulp of last bij het uitvoeren van uw functie?
Over het algemeen zou je financieel als risicogedreven en commercieel als kansgedreven kunnen omschrijven. Bij commercieel georiënteerde bedrijven is het als debiteurenbeheerder harder werken om jouw afdelingsbelangen op de kaart te zetten. Immers gaat omzet dan vaak voor alles.

89) Is het bedrijf in- of extern gefocust?
Een intern gefocust bedrijf zal minder snel in kunnen spelen op veranderende marktomstandigheden. Al is het alleen maar omdat ze die veranderingen minder snel aan zien komen dan een extern georiënteerd bedrijf.

90) Stelt de locatie van uw afdeling ten opzichte van andere afdelingen u in staat om makkelijk binnen te lopen?
Als het even kan, moet uw afdeling makkelijk te vinden en bereikbaar zijn. Werk eraan om zo min mogelijk anoniem binnen het bedrijf te zijn. Soms is het gewoon lastig om bij collega’s langs te lopen bijvoorbeeld omdat ze op een andere vestiging zitten. Ondanks de tijdsinspanning is het toch aan te bevelen om eens langs te gaan en uw contacten te onderhouden. Mits mogelijk uiteraard.

Chapter 1

Klachten

91) Hoe lang duurt het gemiddeld voordat klachten opgelost worden?
Bedenk dat klanten de factuur niet zullen betalen als er nog een klacht loopt. Dit is dus van directe invloed op uw openstaande saldo en de DSO. In het ergste geval betalen klanten niet alleen de factuur waarop een klacht loopt niet meer, maar alle andere openstaande facturen ook niet meer.

92) Voelt men zich intern verantwoordelijk voor het oplossen van klachten?
Binnen de organisatie moet het duidelijk zijn welke klacht waar hoort. Als het onduidelijk is, kan het zijn dat niemand zich uiteindelijk verantwoordelijk voelt en de klacht lang blijft liggen of helemaal niet meer opgelost wordt. Dit laatste kan eventueel leiden tot het maken van een creditnota. Een proces dat overigens bij veel bedrijven ook nogal eens lang kan duren.

93) Krijgt u wel eens het gevoel dat u heel veel moeite moet doen om uw collega’s te motiveren om klachten op te pakken en op te lossen?
In veel gevallen zal u als debiteurenbeheerder niet verantwoordelijk zijn voor het oplossen van een klacht. Het openstaande saldo is echter wel uw verantwoordelijkheid en het monitoren van de klachtafhandeling dus ook. Probeer collega’s te motiveren om klachten op te pakken en geef aan wat de reden is van een spoedige afhandeling.

94) Hoe lang duurt het gemiddeld voor er een beslissing gemaakt wordt over een creditnota?
Tijd is geld. Voor een debiteurenbeheerder is dit ook letterlijk zo. Zie ook punt 91

Chapter 1

Algemeen

95) Kent u uw marges?
Als u weet hoe hoog (of laag) de marges zijn, kunt u berekenen na hoeveel dagen uw winst weg is (vraag eventueel het schema aan uw Graydon trainer). Ook als een post afgeschreven moet worden, kunt u de herstelinspanning berekenen. Als de marge bijvoorbeeld 12,5% bedraagt, moet u minimaal acht maal het af te schrijven bedrag omzetten om het verlies weer goed te maken. De tip is dan ook: praat bij hoge risico’s niet over factuurbedragen maar over de herstelinspanning.

96) Heeft u plezier in uw werk?
Je zou het bijna vergeten, maar het werk moet ook leuk zijn. Bent u allergisch voor bellen, bent u zo communicatief als een zak drop of heeft u geen enkele affiniteit met financiën? Zoek dan ander werk!

97) Bent u telefonisch goed bereikbaar?
Een must voor elke debiteurenbeheerder. Zorg er ook voor dat de receptie de verschillen tussen de afdeling debiteuren en crediteuren weet om zo onnodige verwarring en ergernis te voorkomen.

98) Worden e-mails dezelfde dag nog beantwoord?
Nogmaals, voor een debiteurenbeheerder geldt: tijd is geld. Hoe sneller hoe beter dus.

99) Maakt u gebruik van automatische incasso?
Een goed incassomiddel maar bedenk wel dat men kan storneren.

100) Wat vindt u belangrijker voor een debiteurenbeheerder? Communicatieve vaardigheden of  cijfermatig inzicht?
Vaak valt de afdeling debiteurenbeheer hiërarchisch onder de financiële administratie, de controller, financiële directeur of de afdeling boekhouding. Allemaal mensen en afdelingen met een sterke financiële affiniteit. Cijfermatig inzicht is absoluut een pre. Toch zijn wij van mening dat communicatieve vaardigheden minstens zo belangrijk zijn.

Whitepapers

De laatste best practices in credit, risk en data management.

B2B e-commerce gamechanger

Mis geen omzet meer in het weekend en in de avonduren.

Handboek moderne creditmanager

Creëer een vooruitstrevende creditmanagementafdeling.

Gerelateerde blogartikelen

De laatste trends in credit, risk en data management.